Hans (59) verkocht begin 2018 zijn jacht uit financiële noodzaak. Wat hij niet wist, is dat de koopster psychische problemen had. Haar bewindvoerder trok maanden na de verkoop naar de rechtbank en verkreeg de nietigverklaring van de overeenkomst. Nu moet Hans niet alleen het verkoopbedrag terugbetalen, maar ook instaan voor de sleep- en gerechtskosten. De Wetswinkel hielp hem bij een schuldbemiddeling met juridisch advies en vond een pro-Deoadvocaat.
Hans, hoe is die verkoop destijds verlopen?
Hans: "Ik heb in 2013 een jacht gekocht, maar door een eigen zaak op te starten had ik later geen tijd meer voor het schip. Dus zette ik het te koop. Een bijzonder enthousiaste vrouw dook op met een bod dat 5.000 euro onder de vraagprijs van 25.000 euro lag. Ik ging akkoord, want had vrij dringend geld nodig. Zij betaalde netjes en daarmee was de kous af. Dacht ik."
Maanden later kwam er dan plots een vreemde vraag. Vertel eens.
"Die vrouw bleek manisch depressief te zijn en ze kwam in de psychiatrie terecht. Haar bewindvoerder schreef me met de vraag of ik het schip terug wilde kopen. Maar ik had dat geld al voor mijn zaak gebruikt. Toen heeft hij me voor de rechter in eerste aanleg gedaagd om de nietigheidsverklaring te vragen van het koopcontract van de boot. Met als argument dat de koopster psychisch niet in orde was. Hij won die zaak. Het krankzinnige van de uitspraak luidde: zelfs al wist meneer X niet dat de vrouw psychisch gestoord was, dan nog was dat niet relevant. Mevrouw was sowieso te ziek om het koopcontract te tekenen. Dat is op zich al absurd, maar tot daartoe kan ik het nog accepteren. Wat volgt, grenst helemaal aan het onvoorstelbare."
Wat waren de gevolgen van die nietigverklaring?
"Dat het schip zogezegd nooit van de vrouw of de bewindvoerder is geweest, maar altijd mijn eigendom is gebleven. Nu moet je weten dat die hele rechtsgang twee jaar heeft geduurd, want ik ben in beroep gegaan tegen de uitspraak. Die ganse tijd heeft de bewindvoerder het schip gewoon open laten staan zonder ernaar om te kijken. Het is leeggeroofd en twee keer gezonken, met als gevolg dat al het meubilair onbruikbaar is geworden en de uit de kluiten gewassen motor van het schip het heeft begeven."
Tweede rechter oordeelt
"In oktober 2021 is dan een tweede uitspraak gevolgd. Weer in mijn nadeel. De rechter oordeelde dat de schade aan het schip in die periode ook niet relevant is, omdat het schip nooit van de bewindvoerder of de vrouw is geweest. Maar zij hadden wel de sleutels. Het rottige van die nietigverklaring is dat die boot zogezegd altijd van mij is geweest. Stel dat hetzelfde gebeurt met een huis. Neem bijvoorbeeld dat je een huis verkoopt aan iemand die psychisch ziek is en er een boom opvalt of de woning afbrandt. Dan is de verkoper toch niet aansprakelijk? In de periode tussen de verkoop en de nietigheidsverklaring had de bewindsvoerder een verzekerings- en zorgplicht. Zelf kon ik de boot toch niet gaan verzekeren zonder eigendomspapieren? Dat is een enorme lacune in de wet. Ik heb overwogen om rond dat gegeven van zorg- en verzekeringsplicht door te procederen, maar ik besef dat ik kansloos ben door de hiaten in de wetgeving.
Jij draait nu ook op voor alle kosten. Hoe hoog lopen die intussen op?
Het wegslepen van het schip heeft 29.500 euro gekost. Dat zou ik moeten ophoesten bovenop de 20.000 euro die het schip heeft gekost. Komt daarbij de rente, mijn advocaat en alle andere kosten zoals gerechtskosten, wat het totaal op zo'n 70.000 euro brengt. Dat kan ik onmogelijk betalen. Dus heb ik collectieve schuldbemiddeling aangevraagd.
Daar komt de Wetswinkel in beeld, niet?
Inderdaad. Ik ben naar de Wetswinkel in Gent gestapt en daar heeft een vriendelijke man, Oscar, me geholpen met de aanvraag tot schuldbemiddeling. Hij heeft een pro-Deoadvocaat voorgesteld en die heeft de zaak aanhangig gemaakt. De schuldbemiddelingsaanvraag is nu goedgekeurd. Mijn inkomen is te laag. Ik had ook een dadingsvoorstel in het hoofd, maar de man van de Wetswinkel heeft dat afgeraden. Geen slapende honden wekken. Mij treft geen enkele schuld, dus zou ik in principe toch helemaal niets moeten betalen.
En wat nu?
De boot is niet meer te redden. Er hebben ook krakers ingezeten. Ik betaal nu maandelijks een bedrag af voor een wrak en hoop dat er niet meer kosten bijkomen voor de sloop ervan. Maar vooral de emotionele schade is enorm. Niet alleen voor het verlies van mijn boot, die ik als een kindje heb behandeld. Maar ik voel me machteloos, erg onrechtvaardig behandeld. Het is nauwelijks te bevatten dat ik na een leven van noeste arbeid in de schuldbemiddeling ben terechtgekomen op mijn leeftijd. En dat zonder ook maar iets te hebben misdaan.
* De verkoper van de boot wil graag anoniem blijven. Hans is een schuilnaam